Quasi Wettelijke Verdeling? Dit is hoe het werkt

De quasi wettelijke verdeling is bedacht als flexibel alternatief voor de wettelijke verdeling. Het geeft meer mogelijkheden dan een standaard testament en je kunt er belasting mee besparen. Maar als dat zo is, waarom kiest dan niet iedereen er voor? Dat ontdek je in dit blog.

Wat is de quasi wettelijke verdeling?

Quasi is een duur woord voor “alsof”. Het is dus geen wettelijke verdeling maar het lijkt er wel op. Stel je bent getrouwd en je hebt kinderen. Als je geen testament maakt, geldt het wettelijke erfrecht. Sinds 2003 staat er in de wet dat de hele erfenis naar de langstlevende gaat als de eerste van beide echtgenoten overlijdt. In ruil daarvoor erven de kinderen een geldvordering. Daarmee is de erfenis automatisch verdeeld. Je hoeft dus geen akte van verdeling te maken bij de notaris. Daarom heet dit de “wettelijke verdeling”. Een uitstekend stukje wetgeving dat zeer geschikt is voor de gemiddelde Nederlander.

quasi wettelijke verdeling

Bij de quasi wettelijke verdeling is er wel een testament en wordt de erfenis niet automatisch verdeeld. De langstlevende kan op grond van het testament kiezen uit een paar varianten voor de afwikkeling. Eén daarvan is dat je de erfenis verdeelt bij notariële akte alsof de wettelijke verdeling van toepassing was. Dat noemen we dus een quasi wettelijke verdeling. Een andere optie is dat je als langstlevende beslist welke goederen jij krijgt en welke goederen naar de kinderen gaan. Of je kunt alles aan de kinderen toedelen onder voorbehoud van een vruchtgebruik. Hierna volgt wat meer uitleg over deze varianten en de voordelen en nadelen van de quasi wettelijke verdeling.

Wat zijn de voordelen en nadelen van de quasi wettelijke verdeling?

Laten we beginnen met de nadelen. De wettelijke verdeling geldt als je geen testament hebt. Voor de quasi wettelijke verdeling moet je wel een testament maken. En dat is een vrij prijzig testament. Niet alleen om te maken, maar ook om af te wikkelen. Het opstellen van zo’n testament is duurder dan een standaard testament. Dit komt doordat veel stellen eerst een estate planner inschakelen voordat ze naar de notaris gaan. Daar is niks mis mee. Het lijkt me zelfs een heel goed idee. Maar het betekent wel dat je twee rekeningen krijgt.

Ook achteraf, na het overlijden, is een flexibel testament duurder dan een standaard testament. Als je geen testament maakt of een standaard testament hebt, dan hebben je nabestaanden een verklaring van erfrecht nodig. Dat kan vanaf een paarhonderd euro en daarna heb je de notaris niet meer nodig. Kies je voor een quasi wettelijke verdeling in je testament? Dan zijn je erfgenamen bij de notaris een paarduizend euro kwijt voor de verdeling. En dan hebben we het over de goedkoopste variant in het testament en alleen over de kosten van de notaris. Daarnaast zijn er nog kosten voor fiscale begeleiding.

De nadelen van de quasi wettelijke verdeling zijn dus de hogere kosten vooraf en achteraf. Daarom is het belangrijk om hier alleen voor te kiezen als je ook echt gebruik gaat maken van de mogelijkheden. Bijvoorbeeld als je miljoenen aan beleggingen hebt. Of als er sprake is van een waardevol familiebedrijf dat je nabestaanden willen voortzetten. De voordelen zitten in deze extra mogelijkheden. Het “quasi” testament maakt een andere afwikkeling juridisch mogelijk en fiscaal aantrekkelijk.

Welke opties heb je met een quasi wettelijke verdeling testament?

Als je geen testament hebt of een standaard testament, heeft je langstlevende drie maanden de tijd om van de wettelijke verdeling af te zien. Dit noemen we “ongedaanmaking”. Deze termijn is te kort om fatsoenlijk advies in te winnen en een goede keuze te maken. Je gunt je partner liever wat meer tijd voor de afwikkeling. Met een quasi wettelijke verdeling kan dat. Het is gebruikelijk om te bepalen dat de langstlevende twee jaar de tijd heeft om te wisselen van de quasi wettelijke verdeling naar een andere variant. Dit zijn de 3 varianten die standaard in een quasi wettelijke verdeling testament staan.

  1. De hele erfenis wordt aan de langstlevende toegedeeld en in ruil daarvoor krijgen de kinderen een geldvordering.
  2. De langstlevende deelt enkele goederen aan zichzelf toe en de rest van de erfenis gaat meteen naar de kinderen. De kinderen erven dus geen geldvordering maar goederen.
  3. Op één of meer goederen die de kinderen erven, wordt een vruchtgebruik gevestigd ten behoeve van de langstlevende.

De reden om meerdere varianten op te nemen is dat je niet weet hoe de vlag er bij hangt op het moment dat je overlijdt. Je weet niet precies hoe je vermogen er dan uitziet. En je weet niet hoe oud je partner op dat moment is en wat hij of zij nog nodig heeft. Een onderneming kan nog actief zijn, of verkocht of overgenomen door de kinderen. Deze factoren maken het interessant om alle opties open te houden.

Waarom bespaart de quasi wettelijke verdeling erfbelasting?

Niet de quasi wettelijke verdeling zelf maar de alternatieven zorgen voor een besparing van erfbelasting. Denk bijvoorbeeld aan het geval dat je beleggingen hebt die de potentie hebben om sterk in waarde te stijgen na je overlijden. Dan zou je graag willen dat die toekomstige waardestijging belastingvrij bij je kinderen terecht komt. Maar dit moet natuurlijk niet ten koste gaan van de bescherming van de langstlevende.

Bij een standaard testament krijgen de kinderen een vordering op de langstlevende die gebaseerd is op de waarde van het vermogen op het moment van overlijden. Als dat vermogen daarna groeit, blijft de vordering gelijk. Een rente bijtellen is mogelijk, maar deze is maximaal 6%. Je vermogen kan veel sneller groeien dan dit percentage.

Stel je neemt een quasi wettelijke verdeling op in je testament. Dan kan de langstlevende kiezen voor een vruchtgebruik regeling. Dit betekent dat de beleggingen naar de kinderen gaan en dat de langstlevende het vruchtgebruik daarvan krijgt. Dan komt de waardestijging geheel toe aan de kinderen. De kinderen zijn eigenaar en het vermogen van de langstlevende neemt niet meer toe. Dit betekent dat de kinderen bij het overlijden van de langstlevende geen erfbelasting betalen over de waardestijging. Deze is dus onbelast. En ondertussen kan de langstlevende comfortabel leven vanwege het vruchtgebruik.

Meer lezen?

Veelgestelde vragen:

Wat is een quasi wettelijke verdeling?

De quasi wettelijke verdeling is een verdeling van de erfenis alsof de wettelijke verdeling van toepassing was. De uitkomst is dus hetzelfde, maar de verdeling is niet automatisch op grond van de wet maar handmatig bij notariële akte. Dit verschil geeft meer flexibiliteit bij de afwikkeling van de erfenis.

Hoe werkt een quasi wettelijke verdeling voor de erfbelasting?

De erfbelasting bij een quasi wettelijk verdeling is net zo hoog als bij de wettelijke verdeling. Het fiscale voordeel zit hem vooral in de alternatieven waaruit je kunt kiezen. De erfenis wordt dan op een andere manier afgewikkeld waardoor ook de erfbelasting anders wordt berekent.

Kunnen samenwoners ook kiezen voor een quasi wettelijke verdeling?

Ja, samenwoners kunnen ook kiezen voor de quasi wettelijke verdeling. Als je samenwoont, is het niet mogelijk om de wettelijke verdeling op te nemen in je testament, maar de quasi wettelijke verdeling kan dus wel. Dit betekent nog niet dat het een goed idee is. Want voor samenwoners is een ander langstlevende testament bedacht dat automatisch werkt en dus veel goedkoper is om af te wikkelen. In een eenvoudige situatie is dat een veel betere keuze. Hier vind je een gratis model daarvoor.